Myanmar 2011

 

intro

Myanmar stond al jaren op mijn to-do lijstje, maar het was er nog niet van gekomen om Myanmar te bezoeken.
Eind december 2011 was het eindelijk zover. Een 16 daagse rondreis op de fiets met Pascal van Tropical Cyclist.

 

kaart

Dag 1 Yangon, aankomst
Dag 2 Yangon – Mandalay (transfer)
Dag 3 Rondom Mandalay (60 km)
Dag 4 Mandalay – Popa (100 km)
Dag 5 (Mount) Popa – Bagan (60 km)
Dag 6 Bagan
Dag 7 Bagan – Chauk – Bagan (100 km)
Dag 8 Bagan – Meiktila (100 km)
Dag 9 Meiktila – Kalaw (105 km)
Dag 10 Kalaw, bergwandeling
Dag 11 Kalaw – Pindaya (50 km)
Dag 12 Pindaya off-road (50 km)
Dag 13 Pindaya – Inle Lake (90 km)
Dag 14 Inle Lake
Dag 15 Inle Lake – Yangon (transfer)
Dag 16 Yangon, vertrek
 

Maandag 26 december, Yangon

Na een reis van 26 komen we om vijf uur ’s middags aan in het Asia Plaza hotel in Yangon. Deze keer is alle bagage, tas en fietsen, gelijk met ons aangekomen. Al was het op het vliegveld nog wel even spannend of onze fietsen er wel waren. Deze konden niet over de bagageband en waar zouden ze dan binnenkomen. Ad had al navraag gedaan bij een desk en uitgelegd dat de fietsdozen te groot zijn voor de band. Of de dame bij de desk het begreep was niet duidelijk, maar als ik even later een trolley met onze fietsen zie met de betreffende dame erbij, die duidelijk naar ons op zoek is, weet ik dat ze het heeft begrepen.

De douane zijn we snel door en we worden al opgewacht door de chauffeur die ons naar het hotel brengt.
Het verkeer komt redelijk chaotisch over. Iedereen wisselt van rijbaan zonder richting aan te geven. Volgens onze chauffeur zijn vooral taxichauffeurs brokkenpiloten. Letterlijk, want vlak voor ons vindt een ongeluk plaats veroorzaakt door een taxi! Opvallend is dat ze rechts rijden en dat het stuur van de meeste auto’s ook rechts zit.

’s Avonds neemt Pascal ons en de andere fietsers mee naar een ‘biertent’ waar we heel lekker eten. Vis, groenten, kip met cashewnoten. Dit is voor ons meteen de kennismaking met de andere fietsers. De groep bestaat uit René en Tjandra, Annemiek en Evert, Roeland en Valerie en Rens. Op Rens na is iedereen al op de 25e aangekomen. Rens is vanochtend al aangekomen.

Het reizen is nog niet afgelopen. Morgenochtend vliegen we door naar Mandalay. Daar begint de fietstocht echt.

Terug    

Dinsdag 27 december, Yangon – Mandalay 22 km

Het was een korte nacht, om vier uur gaat de wekker en moeten we opstaan. Om half vijf worden we met de taxi opgepikt en naar het vliegveld gebracht voor de vlucht van zes uur naar Mandalay. Onze fietsen gaan met ons mee.

Het kost Pascal enige moeite en overtuigingskracht om onze fietsen mee te krijgen op onze vlucht. Met doos, zonder doos mee. Het is even lastig. Uiteindelijk mogen de fietsen in de doos mee! De andere fietsen zijn gisteren per wagen al op weg gegaan naar Mandalay.

Om kwart voor zes stappen we in het propellervliegtuig waar maximaal 50 personen inpassen! Het is een uurtje vliegen naar Mandalay. In die tijd krijgen we drinken en een mini-ontbijt met thee/koffie! Daar hoef je in Europa niet meer op te rekenen.

Alle bagage, incl. onze fietsen, is aangekomen op het vliegveld van Mandalay. Het is nu nog een uurtje rijden naar het Silver Swan hotel. Daar komen we om kwart voor negen aan. Twee kamers zijn al klaar, wij krijgen er een van. Het is een mooie kamer en ziet er netjes uit.
De andere fietsen zijn er nog niet aangekomen uit Yangon. We zetten onze fietsen alvast in elkaar. Ze hebben de reis goed doorstaan. De andere fietsen komen enige tijd later aan.

Om kwart over twaalf stappen we op de fiets voor een tochtje naar de U-Bein brug en terug. Maar eerst gaan we lunchen. Dorina en de kids zijn al in het restaurant. We eten rijst met groenten, vis in zoet-zure saus, mini loempia’s en pittig vlees. Vooral de vis in zoet-zure saus vond gretig aftrek.

Het is ongeveer 20 km naar de U-beid brug. Het eerste stuk door de stad is erg druk. Veel brommers en fietsers die volstrekt willekeurig lijken te rijden. Langs het TaungThaman-meer is het lekker rustig tot de brug. De fietsen onder het wakend oog van iemand geparkeerd en de brug over gelopen. De U-Bein brug is met een lengte van 1200 meter de langste teakhouten brug ter wereld. Enig onderhoud is wel nodig!
Tijdens de wandeling over de brug worden we begeleid door meisjes/ vrouwen die voor de gezelligheid meelopen en wat vertellen over de brug, maar die je uiteindelijk proberen een jade ketting te verkopen. Pascal is al zovaak geweest dan ze hem kennen!
Aan het einde van de brug gaan we even wat drinken en daar beginnen de onderhandelingen. Ze hebben allemaal dezelfde prijs en zijn dus geen concurrenten van elkaar. Slim! We kopen bij een ketting bij het meisje dat Ad heeft begeleid en een bij het meisje dat met mij is meegelopen. Ze moeten toch iets verdienen!
Over de brug teruggelopen naar de fietsen en weer naar het hotel gefietst. Om vier uur zijn we terug. Het was een lekker tochtje om er in te komen en de fiets te testen.

Om half acht stappen we, in het donker, op de fiets voor een kort ritje naar het restaurant. Op een enkeling na heeft niemand verlichting op zijn fiets! We eten Birmees. Dat betekent dat alles iets vetter is, meer olie. Er komt weer van alles op tafel en ook nu smaakt het weer lekker.
Door het donker weer terug naar het hotel.

Terug    

Woensdag 28 december, rondom Mandalay 60 km

Het heeft de hele nacht geregend en als we opstaan regent het nog steeds! Om half acht zitten we als eerste aan het ontbijt. Pascal komt even later en geeft de volgende opties voor de dag:

  1. Fietsen volgens het programma
  2. Met de auto naar de slagentempel en het klooster

Ad en ik gaan voor de eerste optie, ondanks de regen. We hebben immers onze regenjacks mee. Annemiek en Evert gaan ook mee. Roeland sluit zich op het laatste moment ook bij de fietsers aan. Tjandra, René en Valerie nemen de tweede optie. 
De fietsers vertrekken om half tien. Het regent dan nog een klein beetje, dus kunnen de regenjassen uitblijven. De eerste tien kilometer rijden we de stad uit. Dat is best wel druk. Daarna wordt het beter. Dat kunnen we niet van ons uiterlijk zeggen. Door het opspattende water van de banden zitten we onder de modderspatten. Ad z’n gezicht is helemaal zwart van de modder. Mijn gezicht blijft redelijk schoon door m’n stuurtas. Die vangt de meeste spatten op. Met z’n allen op de foto als bewijs dat we hebben gefietst.

We hebben nog een half uurtje voordat de ceremonie bij de Paleik Snake Pagoda begint en bezoeken het nabij gelegen ‘klein Bagan’. Een complex met allemaal tempels en pagodes vlak bij elkaar. Samen met Evert en Annemiek wat rondgewandeld en ons verbaast over de hoeveelheid pagodes bij elkaar. Sommige heel mooi, anderen helemaal vervallen en ook helemaal nieuw.
Bij de Snake Pagoda worden we opgewacht door Tjandra, René en Valerie. Ze moeten erg lachen om onze besmeurde gezichten. De poetsdoekjes van Pascal brengen daar enige verbetering in.
De ceremonie lijkt te bestaan uit het maken van foto’s van gelovigen met een grote slang. Die daarna weer verder gaat slapen naast het boeddhabeeld. De tempel staat verder helemaal in het teken van de slang.

Na de pagode gaan we naar een longy-weverij. Van buitenaf hoor je het klikken van de spoelen al. De longy’s worden machinaal geweven en binnen is het zeer lawaaierig, maar niemand heeft oordopjes in.
Pascal is hier al vaker geweest en er staat fruit op ons te wachten. Een longy voor Ad gekocht.

Hierna fietsen we 5 kilometer over smalle paadjes naar de lunch. De auto volgt ons. Ook dit is weer een van Pascal’s vaste adresjes. Zijn komst zet hij op de kalender en dan wordt er voor eten gezorgd. Normaal haal je ergens wat te eten en ergens anders wat te drinken en kan je het daar opeten. Ze faciliteren de tafels en stoelen. Voor Pascal wordt speciaal gekookt! Rijst met o.a. petehbonen, varkensvlees met buikvet en iets met pinda’s Als dessert watermeloen en gele meloen. De watermeloen is hier heel erg lekker. Voordat we weggaan moet Pascal de volgende datum op de kalender aantekenen!

Op weg naar de lunch is het gaan regenen en dat doet het na de lunch nog steeds! Over een binnenweg fietsen we naar de veerboot. De weg is inmiddels een blubberpool, waarbij je al je aandacht nodig hebt om overeind te blijven.
Bij de veerboot, van bescheiden formaat, is het helemaal blubberig en het loopt ook nog schuin af. Heel voorzichtig lopen we met de fiets aan de hand naar de veerboot. De fietsen en onze schoenen zitten helemaal onder de blubber! Aan de overkant moeten we opnieuw een blubberige helling op naar de weg. Deze kant is zo mogelijk nog glibberiger!
Op de weg gaat het weer goed. Er liggen alleen erg veel plassen. Teveel om te kunnen ontwijken, dan maar er doorheen! Door de regen spoelt de meeste blubber van de fiets, maar zitten wij weer helemaal onder de spetters en zand.
Om drie uur zijn we weer terug bij het hotel. We willen niet met onze vieze schoenen het hele hotel doorlopen en maken op het toilet eerst onze schoenen en voeten schoon. Het hotel regelt plastic tasjes voor onze schoenen en zo gaan we naar onze kamers.
Onder de douche alles uitgespoeld, overal zit modder, zelfs aan de binnenkant van m’n fietsbroek.

Pascal heeft een hamburgertentje ontdekt. Ergens op de hoek van de 80e en 30e straat. Hij was niet erg exact in zijn aanwijzingen. Ad heeft wel zin in een hamburger en Tjandra ook. Met z’n drieën gaan we opzoek naar de hamburgers. Na enig zoeken vinden we een kraampje ‘Hamburger Queen’ voor het warenhuis. De naam klopt, de locatie lijkt ook te kloppen. Twee hamburgers besteld, ze worden heel hygiënisch klaargemaakt en smaken ook nog erg lekker. In de regen teruggelopen naar het hotel.

Om half acht staat iedereen klaar in de lobby om te gaan eten. Vanwege de regen en de plassen lopen we naar het restaurant. Vanavond eten we Indiaas. Zoals altijd komt er van alles op tafel en smaakt het prima.

We gaan morgen 100 km en dan moeten we om 7 uur op de fiets stappen.

Terug    

Donderdag 29 december, Mandalay – Popa 100 km

Het regent niet meer en de straten zijn redelijk droog gereden.

Om zeven uur vertrekken Tjandra, Ad en ik om 100 km te fietsen. Het is best wel druk op de weg, vooral met brommers en taxibusjes. De eerste 21 km zijn nogal druk, daarna wordt het rustiger en na 35 km wordt het echt landelijk.

Het is nog steeds bewolkt en zelfs een beetje fris.
Op ruim 30 km hebben we een korte drinkstop. De drinkstalletjes zijn dun gezaaid!
Op de landelijke weg komen we door een dorp met heel veel koeien. Op een plein zitten vrouwen rijst te ontvliezen door de rijst op te gooien en weer op te vangen in een soort zeef.
We stoppen voor een foto en in no-time is het dorp uitgelopen om naar ons te kijken. We krijgen iets te eten aangeboden en iedereen is heel vriendelijk. We mogen gewoon foto’s maken. We moeten nog een eindje fietsen en slaan het aanbod om thee te drinken af.

Onderweg komen we ossenkarren en paard en wagen en veel brommers tegen. We rijden lekker door, maar stoppen voor mooie plaatjes.
Onderweg moeten we meerdere malen door watertjes rijden. Het is nooit diep, maar de kanten zijn wel zanderig en dat betekent hard doorfietsen om niet om te vallen! Tjandra doet de eerste lopende maar alle volgende watertjes rijdt ze gewoon doorheen.

De laatste 20 km voor de lunch op 80 km vallen ons wat zwaar. We komen Rens tegen die op 35 km is begonnen en hij fietst met ons verder. Het landschap is meer glooiend en de zon begint door te komen.
De lunch, het is pas kwart over elf, bestaat uit rijst en diverse groentegerechtjes en vlees. En meloen toe. We zitten langs de weg, maar het eten is prima.

De laatste 20 km op de fiets gaan over een weg met veel gaten en kuilen. Pascal geeft aan dat je na 20 km er ook wel genoeg van hebt. Dat klopt helemaal. De eerste 10 km gaan nog prima, maar de volgende 10 kosten meer moeite en ik ben blij als ik ze heb gehad. We hebben vandaag 100 km gefietst. We gaan vanaf hier verder met het busje. De fietsen gaan in de wagen en wij stappen in het busje. We gaan eerst naar Myingyan waar Evert, Annemiek en René ook instappen. Zij hebben dan 140 km gereden, maar zij willen kilometers maken ter voorbereiding op de Tour de France!

René lijkt zoek te zijn. Net als we het eigenlijk op willen geven komt hij aangereden op de fiets. Hij zat bij een ander tentje en was even het dorpje in geweest. Gelukkig had een Birmees Evert en Annemiek gezien en René naar het goede restaurant gewezen. Eind goed, al goed!

Het is nog twee uur rijden naar Popa. Iedereen sukkelt een beetje in slaap.
Om half zes komen we bij het hotel aan. Op het terrein van het hotel staat een pagode en de kamers bestaan uit een soort bungalowtjes. De kamer is netjes met veel ruimte.
De fietsen worden gewassen en ontdaan van alle stof van vandaag.

’s Avonds eten we in het restaurant van het hotel. We zitten op 500 meter hoogte en dat is te merken aan de temperatuur. Deze is een stuk lager dan overdag, dus een vest is wel prettig.

Terug    

Vrijdag 30 december, Popa – Bagan 60 km

Vandaag eerst Mount Popa op voor bezichtiging van de tempel. Mount Popa is een van de heligste plekken van Myanmar. Deze berg is de woonplaats van 37 geesten (nats) en een bedevaartsoord.

We stappen om acht uur op de fiets voor de klim naar Mount Popa. We beginnen meteen met een klimmetje en tot de top, 3 km verder, volgen er nog een paar met tussendoor wat vlak of afdaling.
Het is nog rustig bij de tempel. We moeten zo’n 700 treden op om helemaal boven te komen. Op de trap opletten dat je niet in de apenpoep trapt. Gelukkig worden de treden schoongemaakt door vrijwilligers. Een kleine donatie als stimulans voor het goede werk!
Het uitzicht boven is erg mooi. Je kijkt uit over de vlakte.

Na het tempelbezoek drinken we thee bij een restaurantje. Ad heeft z’n sarong uit Sumatra aan. De man van het restaurant vindt de sarong wel mooi en wil ‘m kopen. Tja, wat moet je daar nu voor vragen? Uiteindelijk sluiten we de koop op 2000 kyats (2 euro). We hebben van de week bij de longy-weverij een nieuwe longy voor Ad gekocht.

We fietsen dezelfde weg terug. Wat net lekker omlaag ging, gaat nu pittig omhoog! We rijden door tot het dorpje en vervolgens richting Bagan. Het gaat eerst lekker naar beneden, daarna wordt het redelijk vlak. Het zonnetje schijnt lekker. De omgeving is vooral groen, verder weinig te zien onderweg. Aan de kinderen die we onderweg tegenkomen is te merken dat hier meer toeristen komen, want ze roepen allemaal ‘money, money’.

Na 28 km wacht Pascal ons op met drinken en een snack. Het is nu nog 27 km naar het hotel. De weg is lang en recht. Verdwalen is niet mogelijk. Het hotel is even zoeken. ‘Is het al bij deze vluchtheuvel? Nee, we zitten nog niet op 55 km’. Even doorfietsen en dan blijkt de afslag bij een volgende vluchtheuvel te zijn!

Kumudara hotel ziet er luxe uit en ligt aan de rand van de tempelvlakte. We verzamelen ons bij het zwembad waar we op Pascal wachten. We worden al voorzien van water en een bananenshake. Zodra Pascal is aangekomen wordt de soep en de patatjes geserveerd. Pascal heeft zelfs een pot echte mayonaise weten te bemachtigen. Dat maakt de patatjes extra lekker!

De rest van de middag hebben we vrij. Een beetje lezen en luieren en later op de middag een paar foto’s van de tempels genomen.

Om acht uur is het diner. De tafel worden sfeervol verlicht met twee ledlampen. Je ziet in ieder geval wel wat je te eten krijgt. Zoals altijd is het erg lekker. Vanavond hebben we taart als dessert omdat Pascal vandaag jarig is!

Nog even de foto’s van deze dag op de laptop bekeken. Ze zien er goed uit.
Morgen hebben we een vrije dag om de tempels en pagodes van Bagan te bekijken en is het oudejaarsavond!

Terug    

Zaterdag 31 december, Bagan tempels

Ondanks dat het een vrije dag is, gaan we al om half acht ontbijten. We zijn niet de eerste van de groep, Annemiek en Evert zitten al te ontbijten. Zoals altijd bestaat het ontbijt uit toast, gebakken ei en fruit.

Zaw Zaw tekent bij Evert de kaart in met de tempels die je beslist ‘moet’ zien. Ik neem de aantekeningen van Evert over.
De vlakte rond Bagan is bezaaid met 2237 tempels, pagoden en ruïnes, verspreid over een oppervlakte van 40 km2. Dat is teveel om in een dag te bekijken, zelfs op de fiets.
Na het ontbijt stappen Ad en ik op de fiets voor onze tour langs de tempels en pagoden. Overal waar je kijkt staan tempels/pagoden. De ene is nog mooier dan de ander.
We bezoeken de belangrijkste tempels/ pagoden:

  • Thatbyinnyu tempel, de hoogste tempel van Bagan
  • Ananda tempel, tempel met gouden top
  • Schwesansaw pagode
  • Schwezigon pagode, een van de oudste stoepa’s van Bagan

We fietsen rustig langs de tempels en maken onderweg foto’s. Bij de eerder genoemde tempel/pagode stappen we af voor een nadere bezichtiging. Hier zijn ook altijd souvenirverkopers aanwezig. Zodra ze je zien word je aangesproken en allemaal hebben ze een mooi verhaal in het engels.
We maken een rondje over de markt van Nyaung U, drinken onderweg een kopje thee en fietsen terug naar Old Bagan. Bij The Moon gaan we lunchen. We zijn niet de enige, want het is behoorlijk druk. Rens heeft er ook een plekje gevonden en geniet van zijn lunch. Ad neemt ‘sweet and sour vegetables’ en loempia’s en ik neem ‘green papaya salad’ en een ananas pannenkoek. Als toetje een cappucino. Deze is verhoudingsgewijs duur, maar wel heel erg lekker. De koffie is meestal heel erg sterk, net zo als de thee.
We hebben genoeg tempels gezien voor vandaag en fietsen na de lunch terug naar het hotel in New Bagan.
De rest van de middag bij het zwembad gezeten en wat gelezen. Ad neemt een duik in het zwembad, maar dat is mij toch echt te koud!

’s Avonds eten we bij het sfeervol verlichte zwembad. Wel oppassen dat je er niet per ongeluk invalt als je naar achteren schuift!

Het is oudejaarsavond, maar niet iedereen redt het tot 12 uur! Uiteindelijk blijven René, Tjandra, Rens, Roeland, Valerie en Ad en ik tot 12 uur op. Een hoop gelach om niets en erg gezellig. Het aftellen tot 0 verloopt wat rommelig. We missen de klok op de tv! Na de nieuwjaarswensen gaat iedereen naar bed.
Weer een jaar voorbij!

Terug    

Zondag 1 januari 2012, Bagan – Chauk – Bagan 100 km (Ad)

Na een kort nachtje gaat om zeven uur de wekker. Aankleden en ontbijten, want Ad gaat met Pascal mee naar Chauk fietsen. En Pascal vertrekt om acht uur! René sluit zich ook aan en met z’n drieën gaan ze weg.
Tjandra en ik gaan tempels en lakwerk bekijken. In Bagan maken ze het mooiste lakwerk. We willen om negen uur op pad gaan, maar het loopt iets anders en het is al tien uur als we eindelijk weg gaan.

In het dorpje Myinkaba bezoeken we enkele lakwerkwinkeltjes annex werkplaatsjes. In het eerste winkeltje krijgen we uitleg over het lakproces. Het is een zeer arbeidsintensief proces. Er worden wel 7 laklagen aangebracht op een voorwerp en na elke laklaag wordt het geschuurd. Uiteindelijk wordt de decoratie er opgetekend en vervolgens per kleur geverfd. In de tweede winkel zien we een hele mooie ronde box o.a. versierd met koperen plaatjes die de dagen van de week weergeven. De box is bestemd voor betelnoten en alle andere ingrediënten. Deze moeten we onthouden voor vanmiddag.
We fietsen over kleine weggetjes terug naar het hotel. Zo komen we langs allerlei kleine tempels waar nauwelijks toeristen komen.

René, Ad en Pascal zijn nog niet terug van hun ochtendrit, als we om half een bij het hotel komen. We laten een briefje voor de mannen achter en fietsen naar het Bagan House om souvenirs te kijken. Het is een hele grote mooie winkel met heel veel lakwerk, maar ook andere souvenirs. Uiteindelijk kopen Tjandra en ik allebei 2 kleine lakwerkpotjes. Hebben we alvast een souvenir.
We zijn net terug bij het hotel als Ad en Rens aan komen fietsen. René was al binnen en is inmiddels fris gedoucht. We gaan met z’n vijven bij the Silver restaurant eten. De sweet and sour chicken met rijst smaakt goed. Van het huis krijgen we banaan en thee.

De mannen hebben genoeg gefietst, 100 km waarvan 40 km over slecht wegdek en de laatste 30 km was het toch wel erg warm, en gaan terug naar het hotel. Tjandra en ik fietsen naar een tempel die we vanuit de verte hebben gezien en die opvalt tussen de andere tempels omdat de top goud met rood is. De tempel is meer voor de locals dan voor toeristen. Een rondje om de tempel gelopen en veel foto’s gemaakt.

Het is inmiddels vier uur als we weer terug zijn bij het hotel, nog net op tijd om nog even bij het zwembad te zitten.
Tjandra wil toch nog de box kopen die we vanmiddag hebben gezien en tegen half zes stappen we op de fiets. De zonsondergang is erg mooi!

Het is al schemerig als we bij het winkeltje aankomen. Eerst nog even rondgelopen voordat Tjandra aan de onderhandelingen begint. Ze weet een goede prijs te onderhandelen. De box wordt ingepakt en wij worden uitgenodigd voor thee met pinda’s en brokjes palmsuiker. Dit laatste is een lekkernij in Myanmar. We krijgen een korte uitleg over de winkel, familiebedrijf met 15 medewerkers, en hij woont samen met zijn vrouw en zoon en dochter boven de winkel.
Het is al bijna donker als we weer terug naar het hotel fietsen, zonder licht maar dat zijn ze hier wel gewend. We komen veilig aan bij het hotel.

’s Avonds is het eten zoals altijd erg lekker.

Terug    

Maandag 2 januari, Bagan – Meiktila 100 km

Vandaag gaan we naar Meiktila. Van Bagan tot Meiktila is het 150 km. Deze afstand gaan de Tour-fietsers doen. De rest gaat het eerste deel met het busje. Pascal stapt op de kruising uit voor de 125 km. Tjandra, Rens, Ad en ik stappen 25 km later uit voor de 100 km en Valerie en Roeland rijden door en gaan voor de 85 km.

Het busje en de pick-up truck vertrekken om half acht. Het is ongeveer half negen als wij uit het busje stappen en op de fiets verder gaan. De weg is glooiend en gaat op en neer. Het rijdt wel leuk maar in kilometers schiet het minder hard op. Na 35 km vinden we het wel tijd voor een drankje en een korte pauze. Na 55 km, op de top van een klimmetje is de lunch. Eerst wat te drinken pakken uit de koelkast, daar ben ik wel aan toe. Evert en Annemiek zijn er al, maar René nog niet. Dat is raar.
Even later komt René aangefietst. Hij heeft op de kruising in Bagan tweemaal de verkeerde afslag genomen en daardoor zo’n 15 km extra gefietst. In totaal dus 120 km i.p.v. 105 km. En later vertrokken en dan toch nog vlak achter ons binnenkomen!

Na de lunch is het nog 45 km naar het hotel. De eerste 10 km zijn even lastig, maar daarna gaat het steeds beter. Nog steeds glooiend maar meer omlaag dan omhoog.
We houden op 80 km nog even een korte drinkstop en dan door naar Meiktila. De afslag naar het hotel is het best te herkennen aan de enorme gouden eend aan het einde van de brug. Dit blijkt een belangrijke tempel te zijn!

Als iedereen binnen is en z’n bagage op de kamer heeft gezet, gaan we aan de rivier wat drinken. Pascal heeft voor taartjes en chips gezorgd. Dat gaat er best in na 100 km fietsen. Voor wie wil afvallen tijdens de tocht, dat lukt niet of je moet ziek worden. Pascal zorgt er wel voor dat je voldoende te eten krijgt!

Meiktila zelf is niet bijzonder. Wat opvalt is dat hier veel meer honden zijn en ze zijn ook wat feller dan in andere plaatsen.

’s Avonds eten we Thais bij Honey restaurant. Morgen een lange fietsdag naar Kalaw.

Terug    

Dinsdag 3 januari, Meiktila – Kalaw 105 km

Vandaag is het totaal 117 km naar Kalaw, waarvan de laatste 26 km een pittige klim. Ik wil in ieder geval tot de voet van de klim rijden en dan zie ik wel hoe ik mij voel. Als het nog goed gaat dan fiets ik door.

We moeten al om half acht vertrekken dus staan we om half zeven op. Dan hebben we nog genoeg tijd voor een ontbijt aan de waterkant!
Geheel volgens planning zitten we om half acht op de fiets. We fietsen richting de zon en het is nog een beetje heiig. De eerste 45 km zijn vlak en die rijden we soepel weg. Inmiddels vormen Tjandra, Rens, Ad en ik een fietsgroepje en rijden we meestal met elkaar.
Op 35 km even een drinkstop met koekjes voor nieuwe energie. Ze hebben hier bekertjes met een zoet drankje. Wel lekker, zelfs ongekoeld en het kost omgerekend 30 eurocent. Voor een blikje cola ben je 80 eurocent kwijt. 4 banaantjes kosten 50 eurocent.

Vanaf km 45 gaat de weg omhoog en wordt aanzienlijk slechter. Veel gaten, grof asfalt en smal. Daarbij veel vrachtverkeer en stof en je hebt alle ingrediënten voor een pittig stukje fietsen. We zijn dan ook erg blij als we boven bij het restaurant aankomen. Hier is de lunchstop ook al is het pas 11 uur! De lunch bestaat uit fried noodles met groenten. Goed voor de volgende 34 km tot de klim.

De weg blijft slecht en we stuiteren soms over de weg. In een dorp zien we een olifant, maar niemand heeft de puf om er een foto van te maken!

Op 85 km hebben we onze laatste drinkstop voor de beklimming. Even een korte inventarisatie van wat iedereen gaat doen. Rens, Ad en ik beginnen in ieder geval aan de klim en zien wel waar we stranden. Tjandra weet het nog niet. Ze wil de klim wel doen, maar misschien een stukje in de volgwagen en dan het laatste stuk klimmen.
Kort na het volgende dorp, op km 91, begint de klim. In de eerste kilometers stijgen we 100 meter per kilometer. Later wordt het iets minder. Na 10 km stapt Ad af. Hij heeft 100 km gereden en vindt het genoeg voor vandaag. Ik ga nog een paar kilometer door, dan stop ik er ook mee. De klim gaat wel makkelijker, maar er zijn zoveel tegenliggers waardoor ik telkens van de weg af moet dat en de meeste tijd over grove stenen rijd. Dat nog 15 km heb ik geen zin in. Ik heb 105 km gefietst en van 400 naar 950 meter geklommen.
Rens rijdt stug door en Tjandra is weer op de fiets gestapt waar Ad is gestopt.

Bij het Dream Villa hotel worden we onthaald op drinken en een vochtig wit doekje, dat na gebruik niet langer meer wit is! Pascal heeft chips en chocolade gekocht. Lekker bij wat drinken en even uit te rusten.

Een warme douche spoelt alle zweet en stof weg en als herboren kom ik onder de douche vandaan. Het was een pittige dag door het slechte wegdek, al is het volgens Pascal al veel beter dan op de vorige tour, drie weken terug. Door de moesson spoelen elk jaar grote delen van de weg en moeten de wegen weer worden hersteld. We hebben onderweg gezien dat delen van de weg al waren vernieuwd of nog werden gerepareerd. Hier hebben ze geen mooie machines voor leggen van de ondergrond en het asfalteren. Alles gebeurt met de hand. Opvallend veel vrouwen werken aan de weg. Sjouwen met manden met kiezels, bikken stenen enzo. Zwaar werk dus.
Voor het aandrukken van de kiezels hebben ze een elektrisch wals, maar het asfalteren gebeurt weer met de hand. De teer wordt in grote oliedrums vloeibaar gemaakt en dan over de stenen verdeeld. De kwaliteit van de weg is daardoor niet erg hoog en wordt snel weer kapot gereden door vrachtwagens en de rest doet de regen! Zo houd je wel werk!

’s Avonds eten we Nepalees bij Himalaya restaurant.

Terug    

Woensdag 4 januari, Kalaw bergwandeling

Vandaag geen fietsdag, maar een wandeldag door de bergen rondom Kalaw.

Om 8 uur vertrekken we onder leiding van gids Michel voor een bergwandeling. Bij de tempel komen we een rij monniken met bedelnap tegen die hun dagelijkse rondje langs de huizen doen en van de mensen eten krijgen in hun bedelnap. Het is geen bedelen, maar de mensen kunnen hiermee hun boeddhistische plicht doen. De monniken lopen behoorlijk door!
De weg het dorp uit gaat stevig omhoog, maar is nog verhard. We hebben een mooi uitzicht over Kalaw. Even later gaan we echt de bergen in over onverharde paadjes. De meeste paadjes zijn goed tot redelijk begaanbaar, sommige zijn best wel glibberig. Gelukkig heeft het vannacht niet geregend, want dan waren de paadjes helemaal glibberig en modderig geweest.

Tijdens een korte stop tovert Pascal voor iedereen een appel uit z’n rugzak! Die smaakt wel.
Daarna wandelen we verder naar twee dorpjes waar een mooi uitzicht hebben over de bergen en dalen. De gids is afkomstig uit een van de dorpjes en spreekt dus ook de taal. Dit klinkt heel anders dan Birmees.

Na nog eens 20 minuten bergop lopen komen we aan bij de lunchplek, een restaurant waar de gids helpt met eten koken. Tjandra heeft het laatste stuk een lift geregeld achterop de brommer. Rens kon er niet meer bij, anders had hij het zeker gedaan! De lunch bestaat uit quacamole, chapatti, salade en groentencurry. De avocado’s groeien hier overal. Langs de weg naar Kalaw waren allemaal stalletjes waar ze avocado’s, mandarijnen en papaya verkochten.

Na de lunch gaan we over de weg terug naar Kalaw. Ook deze weg is soms heel erg glibberig en je moet goed kijken waar je loopt.
Om half drie zijn we terug in het hotel. Het was een mooie wandeling en na de fietstocht van gisteren een welkome afwisseling. Al dacht niet iedereen er zo over!

Eerst even wat drinken en ons opfrissen. Daarna gaan we even het dorpje in, internetten en foto’s maken.

’s Avonds eten we bij de Chinees. Ook hier zet Pascal op de kalender wanneer hij komt, stuurt vervolgens nog een mailtje en loopt er ’s ochtends langs om het definitief te bevestigen. Anders hebben ze niet genoeg in huis om voor zoveel mensen eten te maken!

 
Terug    

Donderdag 5 januari, Kalaw – Pindaya 50 km

 Vandaag een kort dagje, slechts 50 km naar Pindaya. We vertrekken met z’n vijven om kwart voor negen, wat relatief laat is. René rijdt een paar kilometers met ons mee, maar gaat algauw alleen verder. Ad, Rens en Tjandra maken veel foto’s, dus we gaan niet zo snel.
Na 11 km nemen we in Aungban een landweg naar Pindaya. We komen door kleine dorpjes en langs de velden waar mensen aan het werk zijn. Dit levert mooie plaatjes op. Tjandra gaat wel heel ver voor een mooie foto; ze rent een heel veld door achter 5 vrouwen om ze op de foto te zetten. De vrouwen hebben dit door en laten zich op de foto zetten. Als we op de fiets de weg volgen komen we ze alsnog tegen!

In de dorpjes kunnen we geen geschikte drinkstop vinden. Pas op 36 km vinden we kraampje waar ze bekertje drinken verkopen. Na de stop is het nog 14 km tot Pindaya. De laatste 5 km gaat het echt naar beneden. Daarvoor hebben we de hele tijd boven de 1330 meter gezeten. Het was dus een glooiende route. De weg is op zich wel goed, maar in de afdaling moet je toch wel voorzichtig zijn vanwege het grind in de bochten.

Het is half een als we bij het hotel aankomen. René was er al om elf uur en was ons nog tegemoet gereden, maar net niet ver genoeg om ons tegen te komen.
Het hotel bestaat uit allemaal houten bungalowtjes met een balkon en een ruime badkamer. Dit is de grootste en mooiste kamer van de hele vakantie!
Pascal verrast ons bij de lunch op noodle soup en sandwiches met frietjes.

Na de lunch bij het zwembad gezeten totdat de wolken te vaak voor de zon schoven. Zodra het zonnetje weg is wordt het meteen een stuk frisser. ’s Avonds moeten we zelfs een vest en lange broek aan, zoveel koelt het af.

Het diner is weer goed, lokale gerechten deze keer. Ik eet weinig, een beetje last van m’n buik.

Na het diner nog even foto’s gekeken op de laptop van René. Er zitten mooie foto’s tussen, dus dat wordt een mooi album.

Terug    

Vrijdag 6 januari, Pindaya 50 km

Zoals altijd zijn we om zeven uur wakker. Om half acht staan we op en gaan we ontbijten. Het is koud op de kamer en buiten is het ook nog fris. De zon moet nog goed doorkomen.
Zoals altijd bestaat het ontbijt uit toast met jam en een ei naar keuze. Vandaag even geen ei voor mij. Ik heb aal zoveel eieren gegeten afgelopen dagen.

Om half negen stappen we op de fiets voor een off-road fietstocht van 50 km. De weg is vooral stenig met weinig hoogteverschil. Ik twijfel of ik mee zal gaan, maar stap toch op de fiets. Pascal gaat meteen lekker van start. Ik blijf bij Tjandra, want anders rijdt ze meteen alleen. Daar waar de weg over gaat in keien besluit Tjandra te stoppen en terug te gaan naar Pindaya. Ze wil foto’s maken op de markt enzo. Ik vind het een goed idee en samen rijden we terug naar het hotel, waarbij we onderweg ook nog foto’s maken.
De mannen en Annemiek rijden verder.

Terug in het hotel kleden we ons om voor een bezoekje aan de markt. Fietsbroeken zijn daarvoor niet echt geschikte kleding. We fietsen naar het dorp en zetten de fietsen aan een paal vast. Hebben we onze handen vrij en het loopt wat makkelijker.
We lopen de markt op om foto’s te maken. Het valt op dat alle vrouwen, jong en oud, een longy dragen. De combinatie met de bovenkleding is niet altijd even geweldig!

Anderhalf uur later komen we de markt weer af. We lopen net in de hoofdstraat te bedenken waar we wat zullen gaan drinken, als de mannen weer aankomen fietsen. Pascal, René, Rens en Ad hebben met z’n vieren 50 km gereden. Roeland, Evert en Annemiek zijn eerder afgehaakt en weer terug gereden. Pascal weet een goede plek om thee te drinken. Dus gaan we met z’n achten Myanmar thee drinken met koek erbij.
De fietsers gaan terug naar het hotel. Tjandra en ik blijven wachten op de processie die om één uur begint. Het wordt druk langs de kant van de weg. De processie blijkt daar langs te komen. We zoeken een goed plekje voor het maken van foto’s.

De processie heeft wel wat weg van een carnavalstocht, maar het heeft te maken met het leven van boeddha. Wat precies wordt uitgebeeld is ons niet duidelijk. De mensen zijn wel heel mooi gekleed en we kunnen mooie plaatjes schieten.

Pascal heeft de lunch verplaatst naar half twee vanwege de processie en we zijn net op tijd terug. Ik ben misselijk en sla de lunch over. Een blikje cola moet uitkomst bieden.

Na de lunch lopen we met Pascal mee naar een parasolmakerij. Hier maken ze van de bast van de moerbeiboom geschept papier en dat wordt weer gebruikt voor parasols. Het is leuk om het proces te zien, maar laten de parasols voor wat ze zijn.

We lopen verder naar de Pindaya Caves, een grot met meer dan 8000 boeddha’s. Eerst met een lange trap naar boven en dan de schoenen uit voor de trap naar de tempel. In de grot staan overal waar je kijkt boeddha’s. Groot en klein, de meeste zittend in dezelfde houding en sommige staand. Smalle gangetjes leiden je langs de boeddha’s. Daar waar houvast nodig is hebben de boeddha’s kale, glimmende knieën.  

Langs dezelfde lange trap weer naar beneden. Het uitzicht is fantastisch vanaf deze hoogte.

’s Avonds is het bij het diner nog kouder dan gisteravond!

Morgen de laatste fietsdag naar Inle-meer.

Terug    

Zaterdag 7 januari, Pindaya – Inle-meer 90 km

Ruim voor de wekker, die op half acht staat, zijn we al wakker. Het is koud in de kamer, dus gauw aankleden en ontbijten. Ondanks het zonnetje is het buiten ook nog fris en in de eetzaal is de temperatuur vergelijkbaar met die in de kamer. Het personeel heeft ook truien aan en mutsen op!

Vanwege de temperatuur vertrekken we vanochtend pas om half negen. Zoals afgelopen dagen rijden Rens, Tjandra, Ad en ik samen op. Zodra we het dorp uitrijden gaat de weg omhoog. In de eerste 7 km stijgen we totaal 100 meter tot ruim 1330 meter. Daarna blijft de weg glooiend tussen de 1330 en 1385 meter.
Het wegdek loopt niet zo soepel. Ad en ik fietsen samen op en wachten om de 10 kilometer op Rens en Tjandra die ook samen fietsen. Onderweg moeten we even wachten op een kudde koeien die de weg oversteken!

Om 11 uur hebben we de 39 kilometer naar Aungban afgelegd. Even een korte stop om wat te drinken en dan weer verder, op naar de lunch z’n 25 km fietsen. Deze kilometers gaan niet veel beter dan de kilometers voor de stop. De weg is regelmatig opgebroken wegens wegwerkzaamheden of gewoon slecht met veel gaten en hobbels.
Uiteindelijk komen we om half een aan bij het restaurant Ae Hein in Heho, waar we direct kunnen aanschuiven. Het eten is net geserveerd. Zoals de meeste dagen soep, rijst en diverse gerechten. De vis in zoetzure saus en de tomatensalade zijn mijn persoonlijke favorieten, maar er zijn ook diverse groenten en vlees gerechten.

Aangezien dit de laatste fietsdag is en er nog geen groepsfoto is gemaakt, maken we die hier voordat iedereen vertrekt.

Het is na de lunch nog 25 km tot Nyaungshwe aan het Inle-meer. De eerste kilometers gaan nog licht omhoog, daarna volgt een hele lange afdaling. De weg is gelukkig goed en er is weinig verkeer, dus we kunnen lekker vaart maken! Halverwege wordt aan de weg gewerkt en moeten we in de remmen. 
De rest van de weg blijft het licht dalen en de weg is ook goed tot de afslag naar Inle-meer. Het is dan nog ongeveer 10 km tot Nyaungchwe. Na een korte stop bij het beroemde houten klooster Shwe Yaunghwe Kyaung komen we om half drie aan bij het Hu Pin hotel.

De fietsen gaan op een vrachtwagen naar Yangon. Alle spullen er af gehaald en mijn stuur omgezet, zodat m’n fiets klaar is voor vervoer. De fietsen gaan van verzamelpunt naar verzamelpunt totdat ze in Yangon aankomen, zo’n 700 km verder.

Ad heeft zijn fiets in Kalaw verkocht en laat ‘m hier bij het hotel achter!

René heeft een tuktuk naar een wijngaard vlak bij de stad geregeld. René, Tjandra, Valerie, Roeland, Ad en ik gaan mee. Wij voor de gezelligheid, de anderen om wijn te proeven. Het is een kort tochtje naar de wijngaard. We hebben daar een mooi uitzicht over de omgeving en het meer.
We krijgen een korte rondleiding waarbij we wijnkelder en de productieafdeling bezoeken. Alles is gereed voor de oogst in februari en maart.
De wijnen vallen wat tegen. Geen enkele wijn is de moeite waard om te kopen. Ach, het was een leuk uitstapje.

’s Avonds bij de Smiling Moon lokale (Shan) gerechten gegeten.

Terug    

Zondag 8 januari Inle-meer

Na een goed ontbijt, vertrekken we om acht uur naar de boten. Een shirt met lange mouwen en een regenjack aan is geen overbodige luxe op de boot. Het is best nog fris op het water. De zon is nog niet echt door. Gelukkig ligt op elke stoel een fleecedeken.

We zitten met z’n vijven in een boot. In onze boot zit Ad voorin en Pascal zit achterin. We moeten eerst het kanaal door om bij het meer te komen. Daar liggen drie beenroeiers al op ons te wachten om op de foto gezet te worden tegen een kleine vergoeding.

We varen verder over het meer. Op het meer wonen de Intha’s. De Intha’s zijn ooit verdreven uit het zuiden van Myanmar en hebben zich uiteindelijk rondom en op het meer gevestigd. De huizen staan op palen en ze telen groenten en bloemen op drijvende tuinen. Deze drijvende tuinen bestaan uit een laag aarde die wordt vastgehouden door moerasplanten en waterhyacinten. Door de holle wortels van de waterhyacinten blijven ze drijven. Om te voorkomen dat de eilanden wegdrijven worden ze met bamboestokken in de bodem vastgezet.

Tijdens onze tocht over het meer komen we regelmatig drijvende eilandjes van waterhyacinten met grassen tegen.

We stoppen als eerste bij een zijdeweverij. Hier worden o.a. longy’s van zijde geweven. Ze spinnen ook vezels uit de kern van de lotusplant tot garen en verwerken deze vervolgens in sjaals samen met zijde. Het weven gebeurt nog handmatig. Ik heb een mooi sjaal van zijde met lotus gekocht.

De volgende stop is een smidse. Hier worden voornamelijk messen voor eigen gebruik gemaakt en wat artikelen voor de toeristen. Het smeden en slaan is wel interessant om te zien.

Daarna varen we naar een sigarenmakerij. Myanmar is bekend om zijn cheroot, een soort sigaar die naast tabak ook andere ingrediënten bevat. Deze sigaren worden ook vaak door vrouwen gerookt. We krijgen een demonstratie hoe de sigaren handmatig worden gerold. Ze verkopen hier allerlei doosjes om sigaren in te bewaren.

De volgende stop is de zilversmid. Hier worden zilveren sieraden en voorwerpen gemaakt. Heel kunstig en mooi, maar niet echt onze smaak.

Tussendoor varen we tussen de huizen op palen door, door smalle kanaaltjes. Naar de buren gaan moet met een bootje. Het is leuk om het dagelijks leven vanaf het water te aanschouwen.

Als laatste top voor de lunch stoppen we bij de Phaung Daw U Kyang, een van de heiligste pagoden van Myanmar In de pagode staan 5 boeddha beelden uit de 12e eeuw, waar al zoveel bladgoud is opgeplakt door de gelovigen dat ze onherkenbaar zijn geworden en er als vijf goudklompen uitzien. Alleen mannen mogen bladgoud op de boeddha’s plakken.

We lunchen aan de andere kant van het kanaal en lopen er heen. We zitten op de eerste verdieping en hebben mooi uitzicht op de pagode. 
Na de lunch varen we langs de drijvende tuinen. Het is een wonderlijk gezicht om tomaten op het water te zien groeien!
We leggen ook nog aan bij de ‘het klooster van de springende kat’. Er lopen veel katten rond en je moet oppassen niet in een plasje te stappen, maar ze hebben geen zin om door een hoepel te springen. En de monnik doet ook geen moeite.

Na dit bezoek varen we over het meer terug naar Nyaungshwe. Het is pas half drie en we gaan met René en Tjandra mee wat drinken in de meest luxe locatie van het stadje.

’s Avonds eten we Indiaas. Chapati’s, rijst en allerlei lekkere gerechtjes. Het is zoals altijd meer dan genoeg.

 
Terug  

Maandag 9 januari Inle-meer – Yangon

We vertrekken om half acht voor een transfer naar Heho airport, waar we na een uurtje rijden aankomen. Dit is duidelijk een vliegveld voor toeristen. De vluchten gaan tussen Bagan, Yangon, Heho en Mandalay. Het inchecken verloopt heel soepel. Om half tien moeten we instappen en vertrekt het vliegtuig om 9.40 uur naar Yangon. Het is maar drie kwartier vliegen, in die tijd krijgen we een drankje en ontbijtje.
De bagage komt op karretjes aan en iedereen moet zijn eigen tas zo snel mogelijk pakken, voordat de dragers er mee aan de haal gaan. Buiten heeft Pascal taxi’s geregeld en worden we naar het hotel gebracht.
We hebben nu een kamer op de 11e verdieping, maar het uitzicht is minder dan de eerste keer.

We lunchen gezamenlijk in een restaurantje vlakbij het hotel. Zoals altijd heeft Pascal verschillende gerechten besteld en smaakt het goed.

Om half zes staan de taxi’s klaar om ons naar de Schewagon Pagode te brengen om deze bij zonsondergang te bekijken. Het is al bijna donker als we bij de pagode aankomen. De pagode steekt mooi af tegen de donker wordende hemel. De grote pagode wordt door felle lampen verlicht en ook de andere pagoden worden verlicht, soms lijkt het bijna kersversiering.
Om zeven uur nemen we taxi’s naar het Danuphyu Daw Saw Yi restaurant waar Pascal al op ons wacht. Dit is onze laatste maaltijd met de groep. We eten voor de laatste keer echt Birmees. Ook nu komen weer allerlei gerechten op tafel.

Na het eten gaan we als afscheid koffie drinken met gebak in de tuin van een restaurant. Echte koffie met chocoladetaart! Morgen vertrekken de meeste fietsers richting huis. We lopen we terug naar het hotel en nemen afscheid van René en Tjandra. Zij vertrekken morgenochtend om half zes naar het vliegveld.

Terug

Dinsdag 10 januari, Yangon – vertrek

Vandaag is echt de laatste dag van de vakantie. Vanmiddag vliegen we eerst naar Singapore en ’s avonds vanuit Singapore naar Amsterdam.

Opstaan en ontbijten. Voor de laatste keer toast met jam en gebakken ei. Morgen eindelijk weer eens yoghurt met muesli of bruin brood met kaas!

Volgens Pascal is de Bogyoke Aung San markt, een overdekte markt, wel leuk om naar toe te gaan en de plaats om de laatste souvenirs te kopen. Het is al best wel warm. Dat zijn we niet meer gewend!
We maken eerst een rondje over de markt om te zien wat er allemaal te koop is. Veel sieraden en voorwerpen van jade en verder lakwerk en andere souvenirs. Er lopen ook allemaal geldwisselaars rond. We komen nog net wat Kyat tekort voor de lunch en wisselen alsnog een paar dollar.
We hebben nog geen souvenir voor onszelf gekocht. Na enig zoeken zien we een soort pot op een voet en met bovenop een soort torentje. Een oude met steentjes is ons toch te duur en we kopen er uiteindelijk van meer traditioneel lakwerk.

Nog even lunchen en een cappucino in de koffiehoek van het warenhuis samen met Rens en om half twee staat de taxi klaar. Pascal zwaait ons uit!

Het inchecken van de fiets en bagage gaat heel voorspoedig en dan is het wachten tot de vlucht vertrekt om 16.40 uur. Het is 3,5 uur vliegen naar Singapore. Daar hebben we ongeveer anderhalf uur totdat we moeten boarden voor de vlucht naar Amsterdam. Dus tijd genoeg voor een kop koffie en wat te eten!

De vlucht naar Amsterdam vertrekt een half uur later dan gepland en het is 13,5 uur vliegen. We hebben namelijk tegenwind.
Na een film en het eten probeer ik zoveel mogelijk te slapen, anders duurt de vlucht helemaal lang en ik hoop zo minder last te krijgen van een jet-lag.

We zijn ongeveer 3 uur onderweg als er wordt omgeroepen of er een arts of verpleegkundige aanwezig is. Later blijkt dat een passagier is overleden! Van een man horen we dat het zijn vrouw is die is overleden en dat er geen voorzieningen in het vliegtuig zijn. Ze hebben haar op de achterste stoelen onder een deken gelegd. Ik ben blij dat ik daar niet zit. Ik vind het toch wel een naar idee!

Als we op Schiphol zijn geland moeten we wachten tot de marechaussee aan boord is en de dokter. Een half uur later mogen we het vliegtuig verlaten. De passagiers die bij de vrouw in het compartiment zaten moeten nog even blijven om een verklaring af te geven aan de marechaussee.
Een voordeel; de bagage komt snel en deze keer hebben we alle tassen en mijn fiets.
Peter komt ons ophalen en brengt ons naar huis.

Dit is het einde van een mooie en lekkere fietsvakantie.