Van Windhoek naar Kaapstad 2009

Inmiddels hebben we de meeste landen in Azië bezocht en wordt het tijd voor een ander continent. Het wordt Afrika en dan wel Namibië en Zuid Afrika. Opnieuw met Tropical Cyclist omdat we willen fietsen, maar het geregel graag uit handen geven.
 

Met Tropical Cyclist per fiets en overlandtruck door Namibië en Zuid-Afrika

 


Film gemaakt tijdens bezoek aan Etosha National Park

groep
Groepsfoto

Klik hier voor een slideshow

 

Maandag 27 april

Het begin van onze 23 daagse fietstocht door Namibië en Zuid-Afrika.
Na een goede reis komen we om 13.00 uur aan in Windhoek, Namibië. Op de vlucht naar Johannesburg hebben we kennis gemaakt met Inge, Annette en Jan Paul. We worden door de chauffeur opgewacht en naar Windhoek Lodge gebracht, waar we kennismaken met de andere groepsleden. Iedereen is druk aan het sleutelen aan zijn fiets.
Pascal is inkopen aan het doen voor de komende dagen en zal ons bij het diner ontmoeten.
Wij gaan ook onze fietsen rijklaar maken. Ze hebben de reis goed doorstaan alleen heeft Ad een kabelschoentje nodig. Onderweg hebben we een fietsenshop gezien en samen met Inge gaan we op de fiets naar de fietsenshop. Ad voor het kabelschoentje en Inge om haar versnelling af te laten stellen. Alles wordt keurig geregeld zonder kosten.
Windhoek ziet er heel netjes en gestructureerd uit en is heuvelachtig. Dat is goed merkbaar op de fiets. Dat belooft nog wat.

’s Avonds gaan we allemaal eten bij de Italiaan. Pascal heeft weer allerlei lekkere gerechten besteld.
De straten zijn volledig uitgestorven als we naar het restaurant lopen. Het is niet veilig om ’s avonds alleen op straat te lopen. Dat voelt overigens niet zo.
Morgen begint het fietsen!

Dinsdag 28 april, Windhoek – Outjo (250+f 70 km)

We moeten om half 7 op, maar dat is geen probleem. De overlandtruck genaamd Sid is aangekomen en alle bagage en fietsen gaan erin. De truck is speciaal voor overlandtrips ontworpen en heeft vele handige vakken en kleppen, waaronder lockers voor de bagage. Iedereen krijgt zijn eigen locker waar hij zijn bagage in moet doen. Pascal is zoals altijd de organisator en drijvende kracht van de reis en verantwoordelijk voor de route en ons algehele welzijn en Johannes is deze reis onze chauffeur en kok.
Na het ontbijt vertrekken we om 8 uur naar Otjiwarongo, 250 km verderop. Daar stappen we op de fiets voor onze eerste 70 km, naar Outjo.
De eerste 20 km gaat heel soepel ondanks de wind. Na 46 km staat de lunch klaar en moeten we nog 22 km naar camping Ombinda Country. De wind en de warmte spelen ons parten en we zijn blij als we op de camping aankomen.
Eerst even uitpuffen en dan moeten we toch echt de tent op gaan zetten. Het is een canvas koepeltent met metalen bogen en die laat zich redelijk eenvoudig opzetten. Tentharingen komen er niet aan te pas.
Annette, Inge, Ina en ik zetten ook de tent voor Johannes op. Hij is druk doende met eten koken en voor ons is het een kleine moeite.

Pascal en Johannes zorgen voor het eten; spinazie met pindakaas, vlees van de BBQ en ijs toe. Erg lekker.

Woensdag 29 april, Outjo – Andersson Gate (f 100 km)

We zijn al vroeg wakker, het wordt namelijk om 6 uur al licht, en om 7 uur zijn de tassen ingepakt en de tent afgebroken. Tijd voor ontbijt. Gebakken eieren, brood en yoghurt met muesli. Goed fietsvoer dus.

We moeten vandaag 100 km fietsen tot de Andersson Gate van Etosha National Park. Er staat geen wind en de eerste 45 km tot de drinkstop gaan voorspoedig. De weg is erg recht en het landschap wat saai.

Na de eerste stop rijden we met z’n zessen verder, Annette, Ina, Inge, Frans en Ad en ik. Na 73 km is eindelijk weer een drinkstop en moeten we nog 15 km fietsen tot de lunch, met tegenwind.
Na de lunch moeten we nog 10 km tot de Andersson Gate. Hier gaan alle fietsen weer de truck in, want het is niet toegestaan in Etosha te fietsen. Op weg naar Okaukuejo Rest Camp zien we voor het eerst giraffes, zebra’s en struisvogels. Een bijzondere ervaring.

In het camp gaan we de tenten opzetten. We hebben ontdekt dat het ’t snelst gaat met z’n vieren. Inge, Ina, Annette en ik zetten onze drie tenten op en daarna die van Johannes. Het gaat heel snel op deze manier.

 

Het kamp ligt binnen een omheining in het park. Bij het camp is een drinkplaats waar de dieren komen drinken. We gaan voor het eten naar de drinkplaats en zien jakhalzen, zebra’s en een neushoorn.
Dat is heel bijzonder volgens Johannes.
Als de zon onder is gegaan gaan wordt de drinkplaats verlicht door oranje schijnwerpers. Vooral neushoorns zijn hierdoor moeilijk te zien.
Na het diner, spaghetti en appeltaart toe, gaan we terug naar de drinkplaats. Ons geduld wordt beloond want opnieuw zien we een neushoorn, deze keer met jong. Enige tijd later komt een andere neushoorn met jong ook water drinken. Ze blijven op veilige afstand van elkaar. In de verte zien we een giraffe aankomen. Deze blijft staan wachten tot de neushoorns weg zijn. Hij moet veel geduld hebben, en wij dus ook, want de neushoorns nemen hun tijd.
Uiteindelijk gaan de neushoorns weg en kan de giraffe water drinken, samen met de zebra’s die inmiddels zijn aangekomen.

Om 22.00 uur ga ik terug naar de tent om te slapen.
Morgen al om 5 uur op voor de gamedrive zodra de zon op komt.

 

Donderdag 30 april, Etosha National Park

We worden vanzelf wakker om 5 uur en staan meteen op. Tassen inpakken en tent afbreken en om even over 6 uur vertrekken we met Sid het park in.

We zien eerst springbokken, even later zebra’s, nog meer springbokken en weer een kudde zebra’s.
Geheel onverwacht staan er een leeuw en een leeuwin op de weg. Ze nemen alle tijd om verder te lopen en wij hebben ruime gelegenheid tot het nemen van foto’s.
We rijden verder en net als we bij een poel aankomen komen twee leeuwinnen met vier welpen uit het gras naar de poel, waar ze uitgebreid beginnen te drinken. Echt fantastisch. Dit blijkt uniek te zijn, want Johannes heeft nog nooit leeuwenwelpjes in Etosha gezien. Als de leeuwen weggaan rijden wij ook weer verder naar een omheinde plek waar we kunnen ontbijten. Het is inmiddels half 10 dus we lusten wel wat.

Na het ontbijt rijden we opnieuw langs een poel en daar staan een aantal olifanten te drinken. Bij een andere poel staan giraffes, struisvogels en aardvarkens te drinken en bij een waterbak zijn de zebra’s aan het badderen.

Het landschap is heel gevarieerd en dat zorgt ervoor dat we zoveel verschillende dieren tegen komen. Zebra’s lopen voor de truck uit op de weg, evenals springbokken.
Aan het einde van de middag zien we heel veel giraffes, zebra’s, springbokken, blauwe gnoe, impala’s, Kaapse hartenbeesten, elandantilopen, grote koedoe en oryx. Het is een dag met heel veel dieren geweest. Dankzij Johannes hebben we ook heel veel gezien.
Later horen we dat Johannes had gehoord dat er leeuwen met welpen waren gezien en is hij speciaal daarvoor een extra rondje door het park gereden. Het was vooraf niet zeker dat we zouden zien dus had hij niets erover verteld.

Om half 5 komen we aan bij Camp Namutoni. Hier hebben we een mooie kampeerplaats op het gras. We zetten eerst snel de tenten op, even douchen en lopen dan naar de drinkplaats om te zien of er nog dieren zijn. Het valt wat tegen, twee giraffes en drie zebra’s.

Vrijdag 1 mei, Von Lindequist Gate – Otavi (85+f 80 km)

We zijn al om 6 uur wakker. Ontbijt is vanaf half 7 en om half 8 vertrekken we met Sid voor de eerste 85 km, nabij Tsumeb. Op weg naar de poort komen we weer giraffes tegen, maar nu heel dichtbij. Echt super.

Om 10 uur stappen we op de fiets voor de 80 km naar de camping ‘Zum Potjie’, 8 km voor Otavi. Het waait niet en we fietsen het redelijk makkelijk weg. De weg is wel een beetje heuvelachtig, maar dat maakt het fietsen wel afwisselend. Onderweg worden we aangehouden door de politie die op snelheid controleert. Ze hebben ons op 16 km gescand. Dat is 21 km minus 5 km correctie. Ze willen natuurlijk op de foto!

We zijn de enige kampeerders op ‘Zum Potjie’ en hebben het hele camp voor onszelf. De douches worden hier op hout gestookt en zijn lekker warm.

’s Avonds eten we in het restaurant het gerecht waar de camping naar vernoemd is ‘potjie’. Dit is een eenpansgerecht met veel groenten en vlees, geserveerd met rijst en bietensla. Niet direct mijn favoriete gerecht.

   

Zaterdag 2 mei, Otavi – Windhoek (f 76+226 km)

We fietsen de eerste 76 kilometer richting Otjiwarongo en rijden daarna verder met Sid terug naar Windhoek.
Het is heerlijk zonnig met weinig wind, goed fietsweer dus. De eerste 40 km is de weg en omgeving nog wel interessant, maar daarna wordt het saaier en rijden we noodgedwongen achter elkaar. We zijn namelijk aangehouden door de politie en zij vonden eigenlijk dat het te gevaarlijk voor ons was om op de weg te rijden. Om hun woorden kracht bij te zetten rijden ze ons met een hoge snelheid voorbij waarbij ze ons zo ongeveer van de weg afdrukken! Er wordt wel hard gereden , maar meestal houden de automobilisten voldoende afstand en passeren ze ons ruim.

Bij 76 km zijn we uitgefietst en gaan wij met de fietsen de truck in. Een aantal fanatieke fietsers worden onderweg en in Otjiwarongo opgepikt. We rijden nog wat verder tot een geschikte lunchplek en om 1 uur vertrekken we naar Windhoek waar we om 16.00 uur arriveren. De eerste 2 uur is het rustig in de truck, iedereen doet een dutje.

In Windhoek laden we in sneltreinvaart de fietsen en spullen uit. Pascal en Johannes moeten nog inkopen doen voor de komende 3 dagen tot Swakopmund.

’s Avonds eten we weer in hetzelfde pastarestaurant lekkere pasta, pizza en salade. Vooraf lijkt het altijd teveel, maar uiteindelijk gaat vrijwel alles op!

Zondag 3 mei, Windhoek – Swakopmund 1 (f 42 km)

Dit is de eerste dag van onze driedaagse tocht naar Swakopmund, 310 km verderop. De afstand wordt deels gefietst en deels met de truck afgelegd.

Om 8 uur is iedereen gereed om te fietsen. Windhoek is op dit tijdstip vrijwel verlaten en al gauw zijn we buiten Windhoek. Het terrein is glooiend en we moeten telkens een beetje klimmen en dalen. Na 30 km houdt het asfalt op en wordt het wegdek onverhard met gravel, steentjes en zand. Het terrein blijft glooiend en je moet oppassen dat je niet te hard naar beneden gaat omdat onderaan de heuvel vaak zand ligt. Frans rijdt voor mij en gaat tamelijk onverschrokken naar beneden. Bij de twee afdaling ligt onderaan zand en dat heeft Frans te laat door, waardoor hij ten val komt. Ik zie het gebeuren en weet tijdig te remmen. Klaus komt vlak achter mij tot stilstand. Frans is hard gevallen en een automobilist neemt Frans en Klaus mee naar een ziekenhuis in Windhoek. Pascal geeft de mobiele nummers van hem en Johannes zodat vanuit het ziekenhuis contact kan worden opgenomen.

Dit heeft natuurlijk gevolgen voor de planning van vandaag. Pascal rijdt verder naar Johannes die op 40 km op ons wacht. Ik blijf bij de fietsen van Frans en Klaus en wacht tot Johannes met Sid terugkomt om de fietsen op te halen. Inge biedt aan om samen met mij op Sid te wachten. Ik ben erg blij met haar aanbod. Het is wel een stuk gezelliger om samen te wachten.
Als Johannes met Sid komt gaan Inge en ik het laatste stuk tot de 40 km fietsen.
Nu is het wachten op bericht uit het ziekenhuis. Zodra dat komt gaan Pascal en Johannes met de truck terug naar Windhoek om Frans zijn spullen te brengen en Klaus op te halen. Frans moet een aantal dagen in het ziekenhuis blijven en het is onzeker of hij de tocht zal kunnen vervolgen. Met een gebroken sleutelbeen kun je niet fietsen.

Wij zetten de tenten op langs de kant van de weg en genieten van onze onverwachte vrije middag. Pascal en Johannes zijn al om half 4 weer terug. Johannes gaat eten maken en Pascal leeft zich uit op het verzamelen van hout voor het kampvuur, geholpen door Jan Paul en Ad.
Zodra de zon onder is wordt het fris en is het kampvuur meer dan welkom.

Het was een enerverende dag en iedereen zal nu toch wat voorzichtiger afdalen, een enkele uitzondering daargelaten.

Maandag 4 mei, Windhoek – Swakopmund 2 (120+f 55 km)

We gaan eerst met de truck naar het hoogste punt van de Bosua Pas, waar we eigenlijk zouden overnachten. Hier stapt iedereen op de fiets en beginnen we aan de 20 km lange afdaling met af en toe een pittige klim. Het is nog steeds gravel en soms erg stijl, maar iedereen komt zonder kleerscheuren beneden. Het uitzicht is fantastisch en ook telkens anders. Dit is werkelijk een heel mooi stukje Namibië.
Na de drinkstop wordt het terrein minder heuvelachtig en rijdt het gemakkelijker.

Bij de lunch ondervinden we hoe bushfires (bermbranden) ontstaan en dat deze zich heel snel verspreiden. Het doven ervan is door de wind niet eenvoudig.
Na de lunch rijden we nog 20 km verder. Onderweg komen we een bord tegen ‘beeste in pad’. Het blijkt om koeien op de weg te gaan.

Het is inmiddels 16.00 uur als we op 55 km zitten. Pascal besluit ter plekke het bushcamp op te zetten. Het is een mooie ruime plek met veel zand en voldoende hout voor een kampvuur. Heel belangrijk bij een bushcamp.

We hebben echt mazzel met Johannes. Bij de drinkstop zorgt hij ervoor dat er drinken, koekjes, chips, bananen en appels voor het grijpen liggen en ’s middags en ’s avonds mogen we alleen helpen met groente snijden en aardappels schillen. De rest van het koken doet hijzelf. Wij doen vervolgens wel de afwas. Dat is niet meer dan logisch.

swakopmund

Dinsdag 5 mei, Windhoek – Swakopmund 3 (f 142 km)

Vandaag gaan we eerst 80 tot 100 km fietsen en dan het laatste stuk met de truck naar Swakopmund. Het loopt voor Ad en mij echter heel anders.

Ad vertrekt om 7.10 uur met de bedoeling tot 80 km te rijden waar de lunch is. Hij heeft alleen twee bidons met drinken en wat chips mee.
Ik vertrek samen met Annette en na 15 km worden we ingehaald door Ina, Inge, Anja en Jan. Afwisselend rijdt de een of de ander voorop. Bij 20 km is de truck er niet, dus rijden we verder. Het wegdek is nog steeds onverhard met af en toe echte zandbakken waar je helemaal in stil komt te staan.
Op 40 km is de truck er nog steeds niet en lassen we zelf een pauze in.
Hierna rijden Jan en Anja telkens voorop en na verloop van tijd sluit ik bij ze aan. Zij willen helemaal naar Swakopmund rijden. Op 60 km is de truck er nog steeds niet en fietsen we verder. Ik hoop dat de truck er alsnog is op 80 km. Echter op 80 km is de truck in geen velden of wegen te zien, evenmin als andere fietsers en ik besluit met Jan en Anja verder te rijden tot Swakopmund.

Na 80 km wordt het landschap erg saai en hebben we soms een paar kilometer asfalt, ‘dust free zone’, en dan weer onverhard. Op 100 km lunchen we met crackers en Nutella. Het zoeken naar een goed spoor in het onverharde wegdek is vermoeiend.
Op 7 km voor Swakopmund staat Ad op de splitsing te wachten op de truck. Hij is al naar Swakopmund gefietst, maar is terug gereden naar de kruising omdat hij niet weet waar het guesthouse is. Hij is zeer verbaasd mij te zien. Gevieren rijden we naar Dunedin Guesthouse dat we dankzij de GPS van Jan vrij eenvoudig weten te vinden. Het is dan kwart voor 3. Ad heeft uiteindelijk 155 km gefietst en ik 141 km in ruim 6 uur. Niet veel later komt de truck ook aan. Geheel volgens plan om 15.00 uur.

Ad had bij 60 km op de weg gezet: ‘Ad, 10.30 uur’ en aan een automobilist doorgegeven dat hij door zou rijden naar Swakopmund. Deze had het weer aan Anja, Jan en mij verteld. Hij was al om half 2 in Swakopmund zonder eten, drinken en geld!

Johannes regelt voor ons een zeer late lunch en daarna gaan we met z’n allen de truck schoonmaken, afstoffen en alles afwassen. Dat laatste is heel erg veel.

Hierna nemen we een lekkere douche om al het stof af te spoelen en rusten uit tot het diner. We gaan eten in het ‘Lighthouse Pub & Restaurant’ waar we weer heerlijk eten.

Morgen een vrije dag! Een beetje bijkomen van de prestatie van vandaag.

kerk

Woensdag 6 mei, Swakopmund (rustdag)

We worden gewoontegetrouw om 6 uur wakker maar staan pas om half 8 op. Pascal zit al te ontbijten, maar die is altijd heel vroeg op, en de anderen volgen even later.
Na het ontbijt lopen we Swakopmund in. Het is buiten nog mistig en een beetje kil. Het is pas 9 uur en nog erg stil op straat. We verkennen Swakopmund een beetje. Het is van oorsprong een Duits stadje en dat is vooral te zien aan de huizen en sommige straatnamen. In 2002 is in Namibië begonnen met het hernoemen van de straatnamen. Bijvoorbeeld de Kaiser Wilhelm Strasse heet nu Dr. Sam Nuloma avenue. Op sommige huizen staat de oude naam met huisnummer nog. Wat ik raar vind is dat veel winkels hekken hebben achter hun deur en dat je moet aanbellen, waarna het hek opengaat. Het zal wel nodig zijn.

Na koffie met gebak in de conditorei lopen we terug naar het guesthouse waar Pascal druk aan het sleutelen is aan de fiets van Jan Paul. De versnelling heeft het gisteren begeven. Samen met Ad weet Pascal de klus te klaren.

Het is inmiddels opgeklaard en zonnig geworden, maar er staat een fris windje.
We gaan samen met Klaus lunchen en daarna naar het museum Swakopmund. Het laat de geschiedenis van Swakopmund en Namibië zien. Best wel een bezoekje waard.

’s Avonds gaan we bij een pizzeria eten. De snelheid waarmee het eten verdwijnt doet vermoeden dat we uitgehongerd zijn, terwijl we vandaag niet eens hebben gefietst!

Donderdag 7 mei, Swakopmund – Kuiseb pas (55+f 80+40 km)

We ontbijten om 7 uur en rijden met de truck tot Walvisbaai en dan nog 25 km verder tot de zon doorkomt. Het wegdek is authentiek Namibië, onverhard met gravel, grind en zand.
Doordat we pas om half 11 op de fiets stappen hebben we meer last van de warmte. Na 80 km stapt iedereen, behalve Jan Paul, in de truck voor de laatste 40 km naar de bushcamp plaats bij de Kuiseb pas. Het landschap is weer heel mooi. Bijna jammer dat we in de truck zitten in plaats van op de fiets. In een rivierbedding in de vallei voor de Kuiseb pas zetten we ons kamp op. Het is echt een super plek.

Johannes heeft weer lekker gekookt. Karbonades met gebakken aardappelen en groente. En natuurlijk kampvuur. Inmiddels ruiken al mijn kleren naar kampvuur.

We liggen al om 21.00 uur in de tent. ’s Nachts word ik wakker van hoefgetrappel en briesen en ik vermoed dat er zebra’s rondom de tent lopen. Ik kan het niet zien, maar durf de rits van de tent niet te openen, bang dat ze dan zullen schrikken.
’s Ochtends blijkt dat anderen ze ook hebben gehoord maar niet gezien. Een kromme tentharing is het enige bewijs.

Vrijdag 8 mei, Kuiseb pas – Solitaire - Sesriem (f 60+116 km)

De gebruikelijke routine; 6 uur opstaan, tenten afbreken, ontbijten en om ongeveer 7 uur vertrekken. Normaal kampeert Pascal op de Kuiseb pas, nu staan we er twee km voor en moeten dus op de fiets de pas over. Het is een pittige klim maar met een fantastisch uitzicht!
Het onverharde wegdek is de eerste 20 tot 40 km redelijk goed. Gravel en grind maar redelijk hard. Na km 40 wordt het wegdek veel slechter met veel zand en komen we maar moeizaam vooruit. Het is meer ploegen dan fietsen. Op 50 km komt Sid ons tegemoet en worden de andere fietsers opgepikt. Anja had Johannes gebeld om hun op te komen halen.
Bij 60 km stappen Inge, Jan en ik af en wachten op Sid om ons op te pikken. Het is dan nog maar 31 km naar Solitaire. Een plaatsje van drie huizen en een benzinepomp in de middel of nowhere dat beroemd is om zijn verse appelgebak. Wij eten natuurlijk ook een stuk appelgebak.
Ad heeft de 91 tot Solitaire gefietst en is blij dat hij er is. Wat een rot weg.

Na de lunch rijden met de truck naar Sesriem, waar we overnachten in het camp. Lekker een douche en toilet na een nachtje bushcamp.
Frans is vanuit Windhoek naar Sesriem gekomen en reist weer verder met ons mee, maar wel in de truck ipv op de fiets.
Morgenochtend vroeg gaan we naar de Sossusvlei.

Zaterdag 9 mei, Sesriem – Sossusvlei – Sesriem – op weg naar Helmeringhausen (150+f 20 km)

We staan om half 5 op, tent afbreken en om 5 uur zit iedereen in de truck en vertrekken we naar de poort van de Sossusvlei, die om kwart over 5 opengaat, een uur voor zonsopkomst. Over een asfaltweg rijden we naar duin 45. Het begint al licht te worden, maar we zijn op tijd voor zonsopkomst. We lopen langs de rand naar boven waar het hard waait en je ongeveer wordt gezandstraald. Door de zon kleuren de duinen heel mooi rood en ontstaan er diepe schaduwen.

Ondertussen heeft Johannes het ontbijt klaargemaakt en om 8 uur kunnen we aanvallen. Na het ontbijt rijden we nog een stukje door en stappen dan over op een 4x4 die ons naar de Sossusvlei brengt. Hier gaan we samen met een gids een wandeling door de Sossuvlei maken en Dead Vlei bezoeken. Onderweg vertelt de gids ons over het ontstaan van de Sossusvlei, welke dieren in de woestijn voorkomen en over de Bosjesmannen die hier vroeger hebben geleefd.
Dead Vlei is heel apart. De grond is volledig uitgedroogd en wit gekleurd en er staan allemaal dode kameeldoornbomen. Deze bomen zijn al meer dan 600 jaar dood en door de zon en wind gebleekt.

Om 11 uur zijn we weer terug bij het kampeerterrein, halen de was op en rijden door richting Helmeringhausen. Na een lunch aan de kant van de weg stappen we op de fiets. Het wegdek is nog steeds zanderig, gravel en wasbord. Ik rijd stevig door en na 20 km houd ik het voor gezien. Genoeg geploeterd voor vandaag. We stappen in de truck en na een leuke afdaling, die konden we nog wel hebben, staat Pascal 6 km verderop langs de weg. Hier gaan we ons bushcamp maken. We zetten snel de tenten op en genieten van de zonsondergang. Even poedelen met een sopje en een doekje om het ergste vuil en stof van die dag af te spoelen.

Johannes heeft vandaag kip in een saus met rijst gemaakt. Het smaakt weer prima. En na de koffie en de afwas ligt iedereen weer om 21.00 uur in zijn tent.

’s Nachts worden we wakker gemaakt door een kudde koeien die ons op hun pad vinden, dat niets vinden en al loeiend ons dat kenbaar maken. Inge heeft niet door dat een aantal koeien naast haar tent staan en maakt de koeien aan het schrikken.

zonop

Zondag 10 mei, op weg naar Helmeringhausen – Aus (80+ f 80+40 km)

De gebruikelijke routine en na het ontbijt vertrekken we om kwart over 7 met de truck voor de eerste kilometers richting Helmeringhausen. Net voorbij de top worden we uit de truck gezet en moeten we fietsen. Het wegdek is redelijk goed, onverhard met af en toe veel zand. Dan is het even ploegen. De meeste tijd is het heuvel af met soms een klimmetje. We fietsen de eerste 40 km gemakkelijk weg. De volgende 20 tot de lunch kosten wat meer moeite.

Het is vandaag lekke banden dag. Ina begon de dag met een lekke band. Ad, Klaus en Jan Paul nemen de afslag naar Helmeringhausen in de plaats van naar Aus en lopen daar verschillende lekke banden op. Eerst heeft Jan Paul twee lekke banden en daarna Klaus en Ad ieder een lekke band. Het wordt veroorzaakt door kleine doorntjes die hele geniepige gaatjes veroorzaken. Bij de lunch moeten diverse banden worden geplakt.

Na de lunch rijden we nog 20 km verder. 10 km afdalen, dan vals plat omhoog en weer afdalen. Daar stappen we weer in de truck voor de rit naar Aus, waar we koffie met gebak krijgen en Pascal met Johannes wat boodschappen gaat doen. We komen om half 5 aan op Klein-Aus Vista, waar we vannacht kamperen.

Maandag 11 mei, Aus – Luderitz (f 120 km)

Het was vannacht koud en we stappen warm aangekleed op de fiets. Lange broek, sokken en een jas aan. Vanaf het camp eerst een klimmetje naar de weg en daarvan krijg je het wel warm, maar van de 20 kilometer lange afdaling die daarna volgt niet.
De weg loopt rechtdoor tot het einde van de horizon en nog verder. Het landschap is kilometers lang hetzelfde. De afdaling is over en we moeten weer gewoon fietsen, beetje vals plat en tegenwind.
Annette en ik rijden tot de lunch samen op. We hebben er dan 100 km opzitten en dat is genoeg voor Annette.
Na de lunch rijd ik samen met Ad, Inge en Ina de laatste 20 kilometer naar Luderitz. Dat valt niet mee, want het is behoorlijk heuvelachtig en we hebben ook nog tegenwind.  Het landschap wordt steeds desolater met veel stenen en zandduinen.

Om twee uur zijn we bij Obelix Village, ons onderkomen voor vannacht. Na een lekkere douche gaan we Luderitz verkennen. Het is een echt mijnwerkersplaatsje, van oorsprong Duits met een wat unheimische sfeer. Niet bijzonder, maar de waterkant is wel mooi aangelegd.
Bij Alida treffen we Annette en Klaus achter de koffie met gebak en Ad en ik vinden dat we dat ook wel hebben verdiend na onze prestatie van vandaag.

’s Avonds gaan we aan de waterkant in een goed restaurant eten. We hebben heerlijke viscurry, kipnuggets, pizza, salade en patat. Wat over is wordt meegenomen voor morgenmiddag.

Dinsdag 12 mei, Luderitz – Seeheim (120+f 40+120 km)

We vertrekken om 8 uur met de truck naar Aus voor koffie en gebak. De koffie lukt wel, maar het gebak is op! Gelukkig had Pascal nog brownies in voorraad.

Het landschap tussen Luderitz en Aus ziet er vanuit de bus en in het ochtendlicht anders uit dan gisteren. Onderweg zien we ook nog een hele groep struisvogels lopen. Het blijft bijzonder dieren in het wild te zien.

Na de koffie stappen we op de fiets voor 40 km over asfalt. Met de wind in de rug hebben we die zo afgelegd, ondanks de heuveltjes. Inge en Ina, Pascal en Jan rijden bij de lunch door en die worden onderweg door de truck opgepikt. De anderen zijn bij de lunch al ingestapt. Het landschap is erg mooi. Vlak na Seeheim zetten we ons bushcamp op in de rivierbedding van de Schaaprivier. Na het opzetten van de tenten gaan we met een drankje genieten van ons laatste bushcamp.

Ad en Pascal hebben nog energie over en gaan een partijtje sparren. De strijd eindigt onbeslist, maar we hebben wel veel lol gehad.

Woensdag 13 mei, Seeheim – Hobas bij Fish River Canyon (f 110 km)

Vandaag gaan we naar Fish River Canyon en kamperen we in Camp Hobas. De weg is nog steeds onverhard en voorgaande jaren was het heel veel wasbord. Wij hebben mazzel want groot deel van de weg is geprepareerd en het wasbord valt mee.
Ik rijd samen met Ina tot de 60 km drinkstop en daarna met Inge tot de lunchstop op 80 km. Ik vind het eigenlijk wel genoeg, maar Inge fietst door tot het camp en ik besluit de laatste 32 km samen met haar op te fietsen. Wel zo gezellig. De weg is redelijk tot de laatste 5 km voor het camp.
Als cadeautje steken op 50 meter voor ons 2 oryx de weg over. Echt geweldig!

Om half 3 komen we aan in het camp. Daar wacht ons een verrassing want Ad, Ina en Annette hebben de tenten al opgezet. Kunnen we even uitrusten en douchen voordat we naar de canyon gaan voor zonsondergang.

Om half 5 gaan we met de truck naar Fish River Canyon om te genieten van de zonsondergang met een drankje. Fish River Canyon is de twee na grootste canyon ter wereld. Het is erg mooi.

’s Avonds eten we patatjes met kip en groenten.

Donderdag 14 mei, camp Hobas – Noordoewer, (80+120 km)

Vandaag is onze laatste dag in Namibië, morgen steken we de grens over naar Zuid-Afrika.

We fietsen 80 km door een prachtig landschap. Veel heuvels en klimwerk, maar wel de moeite waard. Na 80 km is het tijd voor lunch en gaan de fietsen de truck in voor de laatste 120 km naar Noordoewer aan de Oranjerivier. Deze rivier vormt de grens met Zuid-Afrika. Hier zien we voor het eerst sinds dagen wolken aan de lucht.

We komen aan op een hele mooie camping met gras. Na al het zand en grind is gras een luxe. We zetten onze tenten op met zicht op de rivier. ’s Avonds kunnen we lekker eten aan picknicktafels. Voor zover die niet in beslag genomen door het wasgoed. Ik ben weer aangesteld als ‘hoofd wasgoed’.

Vrijdag 15 mei, Noordoewer – Springbok, (f 94+ 40)

Vandaag steken we de grens over naar Zuid-Afrika. We vertrekken op tijd omdat het in Zuid-Afrika één uur later is dan in Namibië. Om 7 uur zitten we op de fiets voor de 14 km naar de grens. Inge, Ina, Ad en ik gaan gezamenlijk door de douane van Namibië, steken de rivier en grens over naar de douane van Zuid-Afrika. De eerste 35 km zijn vals plat en ik had gepland in de truck te stappen, maar voorbij de grens is geen goede plek om op de truck te wachten en ik rijd samen met Ad de eerste 20 km vals plat. Het gaat beter dan verwacht, maar na 20 km stap in toch in de truck. Achteraf is het maar goed dat ik ben gaan fietsen want de truck passeert ons pas op 17 km. Ik had waarschijnlijk 30 tot 45 minuten op de truck moeten wachten.

Op km 40 stap ik weer uit de truck en rijdt met Ad verder tot 60 km. Eerst gaat het bergaf maar daarna weer glooiend met vals plat! Pascal dacht dat het alleen naar beneden ging en erkent dat hij zich heeft vergist. Ach, hij heeft het zelf ook gefietst en ervaren.

Op 60 km is de lunch en stapt iedereen behalve Pascal, Ad en Jan in. Pascal en Ad stappen op 80 km in de truck. Jan rijdt door tot Springbok. Jan Paul ligt ver op ons achter en rijdt helemaal tot Springbok.

Na 40 km met de truck zijn we om drie uur in Springbok. Het is een redelijk grote plaats. We slapen vannacht in twee huizen. De huizen hebben een jaren 50 inrichting en ruime kamers. Ons huis is de basis voor de groep.

Nadat we ons hebben opgefrist gaan we in Springbok op zoek naar een koffiehuis. Dat valt niet mee, maar uiteindelijk komen we op aanwijzingen van een mevrouw een curiosawinkeltje annex lijstenmaker terecht waar we heerlijke koffie drinken met muffins. We zitten er erg gezellig en om half 6 gaan we eindelijk weg. De meeste winkels sluiten hier om 17.00 uur, behalve de supermarkt.
Inmiddels zijn de straten vrijwel uitgestorven. Het blijft een rare gewaarwording dat om 18.00 uur de straten vrijwel verlaten zijn, zowel in Namibië als in Zuid-Afrika.

In Namibië hebben we afgelopen weken nauwelijks bewolking gehad, maar vanaf de Oranjerivier is het bewolkt en in Springbok zelfs zwaar bewolkt.

We mogen een uur langer slapen en hoeven we pas om 7 uur op omdat het dan pas licht wordt.

Zaterdag 16 mei, Springbok – Citrusdal (f 60+350 km)

Het is een koude, winderig en bewolkt dag. Dit wordt veroorzaakt door slecht weer bij Kaapstad. Pascal past het programma aan de weersomstandigheden en ipv naar Vanrijnshoop rijden we door naar een locatie 20 km boven Citrusdal.

Om kwart voor 9 rijden we weg, gekleed in een lange tight, shirt en jas. Dit is geen overbodige luxe merken we algauw. De eerste 5 km tot de hoofdweg zijn een weggevertje. Alleen maar omlaag, daarna glooiend met tot 30 km nog een paar lekkere afdalingen en dan voornamelijk omhoog. Op de hoofdweg is nog 555 km naar Kaapstad. De meeste kilometers zullen we daarvan in de truck afleggen.

Tot 40 km gaat alles goed, maar daarna trekt de lucht dicht en rijden we een regenbui in. Eerst slechts miezerig maar algauw echte druppels. Op 60 km gauw de truck in met fiets en al en wat droogs aantrekken. Als iedereen binnen is rijden we verder tot de lunch om 13.30 uur.

Het regent nog steeds en onder de luifel maken we de lunch klaar. De meeste gaan binnen eten en als de lunch over is wordt het droog!
We vervolgen onze weg naar Gekko Lodge in het Citrusdal. Onderweg rijden we door vruchtbare gebieden waar veel citrusproducten vandaan komen. Wel wat anders als droog en zanderig Namibië.
Aan het einde van de middag arriveren bij Gekko Lodge. Vannacht is er genoeg ruimte om binnen te slapen, wat vrijwel iedereen ook doet. Regen en tentjes combineren slecht.

’s Avonds eten we in de huiskamer bij het openhaard.

citrusdal tekening

Zondag 17 mei, Citrusdal

Na een goed nacht staan we om 7 uur op. Om 9 uur gaan we een wandeling over het terrein van Gekko Lodge maken. Veel klauterwerk met mooie vergezichten over de Olifantsrivier en het dal. Op het terrein is ook een rotsschildering van de Sam te zien. Met veel fantasie kan je er figuurtjes in zien. Het moet een zwangere vrouw en haar man voorstellen die een feest gaan vieren met de familieleden die van beide kanten komen aanlopen.
We lopen net in de citrusgaard als het weer met bakken uit de lucht komt. Het fietstochtje van vanmiddag gaat uiteindelijk niet door. Pascal komt met een alternatief; we gaan met de truck naar de heetwaterbronnen en dan kan je vanuit Citrusdal terug fietsen naar de lodge. Op Frans en Jan Paul na gaat iedereen mee naar de warmwaterbronnen. Het water is inderdaad lekker warm, zelfs als het gaat regenen. Na een lekker kopje koffie rijden we terug naar Citrusdal waar Ina, Annette en Inge op de fiets stappen voor de 25 km naar Gekko lodge.

Vannacht slapen we voor de laatste keer deze vakantie in een tent, die zetten we tussen de buien door even op. Met regenhoedje om inregenen te voorkomen.

Het is inmiddels druk geworden in de lodge want er zijn nog twee overlandtrucks aangekomen. Wij nemen de huiskamer met haardvuur weer in bezit.

’s Avonds eten we voor het laatst bij het kampvuur. Het hoort echt bij deze vakantie; kamperen en kampvuur.

kaap

Maandag 18 mei, Citrusdal – Kaappunt – Kaapstad (f 20 km)

De vakantie is nu bijna over. Vandaag gaan we via Kaapstad naar Kaappunt, het zuidelijkste puntje van Afrika. Het is ongeveer 4,5 uur rijden.

Het heeft gelukkig niet geregend vannacht en we kunnen de tent redelijk droog inpakken. Snel ontbijten en alles opruimen in de truck zodat we om 8 uur kunnen vertrekken.

Onderweg hebben we afwisselend zon en regen. Als we bij de Kaappunt aankomen is het gelukkig droog en een waterig zonnetje. Het waait wel heel erg hard. We lopen naar boven waar we een mooi uitzicht hebben op Kaap de Goede Hoop.

Terug bij de truck staat de lunch klaar en komt de zon goed door. Vanaf hier naar Simon’s Town is 25 km door een heel mooi stukje. In eerste instantie gaan slechts een paar groepsleden fietsten, maar door het zonnetje stapt uiteindelijk iedereen op de fiets voor de laatste fietskilometers van de vakantie.
Na een groepsfoto voor de Nomadtruck vertrekken we. Langs de kust waait het zo hard dat je moet oppassen niet om te vallen. De eerste kilometers gaan erg langzaam, 12 a 14 km per uur. Later gaat het wat sneller, maar begint het te regenen. Eerst een beetje miezerig, later komt het met bakken uit de lucht vallen. Ik ben inmiddels behoorlijk doorweekt als ik bij de truck na 20 km fietsen aankom. Gauw wat droogs uit de locker gehaald en mij omgekleed. Het is wel jammer dat het regent want nu heb ik niet zoveel van de omgeving kunnen genieten.

Als iedereen aan boord is rijden we door naar Simon’s Town voor koffie met gebak. Daarna rijden we naar hotel Graeme in Kaapstad, waar we om vijf uur aankomen. Gauw alle fietsen en bagage uit de truck halen en in het hotel zetten voordat iemand anders ermee aan de haal gaat.
De kamers zijn gezellig en verzorgd.

’s Avonds hebben we ons afscheidsdiner bij Buena Vista Social Café samen met Vashti, de baas van Johannes. Zij was erg benieuwd hoe het allemaal gelopen is. Ons laatste diner is erg lekker en gezellig.

Dinsdag 19 mei, Kaapstad

De reis is nu echt ten einde. Het was een hele mooie reis en een gezellige groep.
De groep valt vandaag langzaam uiteen. Inge en Annette gaan vanavond al weg. Frans, Ina, Pascal, Anja en Jan vliegen morgen en wij blijven nog tot donderdag in Kaapstad.

Na de enige drie regenachtige dagen van de hele reis is het vandaag weer zonnig en warm.
Wij gaan shoppen in de outdoorshops bij V&A Waterfront. Een heel mooi en luxe winkelgebied dat ook nog heel gezellig is. De oude haven is geïntegreerd in het gebied en de gebouwen zijn deels oud, deels nieuw maar allemaal in dezelfde stijl. Heel mooi.
Als je naar de stad kijkt zie je Tafelberg er bovenuit steken.

Om vier uur zwaaien we Inge en Annette uit. 

haven
haven2

 Woensdag 20 mei, Kaapstad

We hoeven niet vroeg op, maar om half 8 zijn we toch wel wakker. Als we om 8 uur gaan ontbijten zijn we de eersten, op Pascal na want die is al op de fiets weg.
Het is opnieuw mooi weer. Het is zelfs warmer dan gisteren.
Ad pakt onze fietsen beperkt in. We laten ze gewoon intact op trappers en het stuur na en beschermen de kwetsbare delen met bobbeltjesplastic. Annette heeft het ook zo gedaan en die sms’te dat haar fiets probleemloos meeging. Dus wij proberen het ook zo. Het voordeel is dat ze met de fiets kunnen rijden en waarschijnlijk wat voorzichtiger zullen zijn dan wanneer die in een doos zit.

Opnieuw naar V&A Waterfront gegaan en wat rondgekeken. Terug is het hotel heeft Ad Pascal geholpen de fiets van Frans reisklaar te maken. Frans en Pascal vertrekken vanmiddag en Ina, Jan en Anja vanavond.

tafelberg

Donderdag 21 mei, Kaapstad

De laatste dag van de vakantie begint bewolkt. Het heeft vannacht geregend en geonweerd en het is wat frisser dan gisteren. Na het ontbijt lopen we naar ‘Green Market’ om souvenirs te kopen. Vashti had ons verteld dat er buiten de markt ook nog 2 pakhuizen vol souvenirshopjes waren.
In het warehouse zijn inderdaad veel shopjes met allerlei souvenirs. Het is moeilijk een keus te maken. Uiteindelijk kopen we een mooi beeldje van giraffes voor onszelf.

Na een lekker kopje koffie lopen we verder en komen bij het Kasteel de Goede Hoop, dat in 1666 door de VOC is gebouwd om de nederzetting te verdedigen. In de loop der eeuwen is het uitgebreid en verbouwd. In 1996 is de restauratie van het kasteel afgerond en is nu een voorbeeld van Nederlandse, Engelse en Franse bouwstijlen.
We brengen een bezoek aan het kasteel en om half een lopen we via de V&A Waterfront terug naar het hotel.
Daar wachten we op de taxi die ons naar het vliegveld zal brengen. De taxi is ruim op tijd bij het hotel en we zijn heel snel op het vliegveld.
We moeten even wachten tot de incheckbalie opengaat. Het inchecken gaat heel gemakkelijk en we kunnen de fietsen probleemloos afgeven. Nu maar afwachten of ze ook weer in Nederland aankomen.


Dit is het einde van een unieke tocht door Namibië en Zuid-Afrika door de combinatie van fietsen en de overlandtruck.
We hebben veel fietskilometers gemaakt, veel lol gehad, lekker gegeten en het kamperen en kampvuur gaf ons het ultieme Afrikagevoel.